AOV van Allianz


✓ Kies zelf wat u verzekert
✓ Dagelijks opzegbaar
✓ Betaalbare premie
 

AOV Academy

Welkom bij de AOV Academy! Op deze pagina leer je belangrijke dingen die je moet weten voordat je zelf een arbeidsongeschiktheids­verzekering (AOV) afsluit. Met deze kennis op zak ben je in staat om antwoord te geven op de vragen van de verplichte kennis- en ervaringstoets. Veel succes!
Hoe wordt een AOV bepaald, wat heeft mijn inkomen hier mee te maken en wat zijn de kosten van een AOV? Wij beantwoorden deze vragen in dit hoofdstuk. 
Deze verzekering biedt dekking voor het geval dat je door arbeidsongeschiktheid geen inkomen meer kunt verdienen. Het bedrag dat je kunt verzekeren wordt gebasseerd op het inkomen van de laatste drie jaar. 
Het maximale bedrag dat je kunt verzekeren hangt af van je inkomen. Doorgaans kun je maximaal 80% van je inkomen verzekeren maar dit verschilt per verzekeraar. Je kunt blind dit maximale bedrag kiezen, maar dit is niet altijd nodig. Als je ook met iets minder kunt leven, is het te overwegen om een lager bedrag te verzekeren. Je zult zien dat dit behoorlijk zal schelen in de kosten.
Bij Allianz sluit je een sommendekking. Wanneer je arbeidsongeschikt bent mogen wij het verzekerde bedrag wat je bij ons hebt verzekerd niet bijstellen. Het verzekerd bedrag op jouw polis passen we alleen aan als jij dat zelf wilt.
Het verhogingsrecht geeft je het recht ieder jaar jouw verzekerd bedrag te verhogen met 15%. Je gaat dan ook meer premie betalen. Je hebt hiervoor geen gezondheidsverklaring nodig. Je krijgt van ons ieder jaar een brief of mail om je aan dit recht te herinneren.
Een combitarief houdt in dat wij de premie ieder jaar opnieuw berekenen aan de hand van je leeftijd. Je begint met een lage premie, en de premie stijgt geleidelijk met jouw leeftijd.
Als zzp'er of ondernemer kun je arbeidsongeschikt raken. Maar wanneer ben je volgens Allianz arbeidsongeschikt?

Zodra je doorgeeft dat je door ziekte, orgaandonatie of een ongeval niet kunt werken, bepaalt een team van deskundigen of je arbeidsongeschikt bent. Dat team bestaat uit:

  • de Medisch adviseur die de (medische) beperkingen vaststelt
  • de Arbeidsdeskundige die de mate van arbeidsongeschiktheid vaststelt
  • de Claimbehandelaar die op basis van de rapportages besluit om wel of niet uit te keren

Uiteindelijk wordt dus vastgesteld in welke mate je arbeidsongeschikt bent. De deskundigen kijken dan of je helemaal niet meer kunt werken of dat je een deel nog wel kunt uitvoeren. Op basis van alle informatie beslist het team of je een uitkering krijgt en hoe hoog die uitkering is.

Je bent arbeidsongeschikt als je je eigen beroep voor ten minste 25% niet meer kunt doen. Ben je minder dan 25% arbeidsongeschikt? Dan krijg je geen uitkering. Ben je ten minste 80% arbeidsongeschikt? Dan zien wij dat als volledige arbeidsongeschiktheid en krijg je een volledige uitkering (100%).
Kies je voor veilig of houd je wel van een risico? 
Of vind je dat niet nodig? Bedenk goed hoe lang je een uitkering nodig hebt. Je kunt een AOV ook voor bijvoorbeeld 5 jaar instellen. Dit scheelt enorm in de hoogte van de premie: je kan dan zomaar twee derde minder betalen. Let wel op! Na die 5 jaar krijg je geen uitkering meer. Je zult dan zelf voor nieuwe of andere inkomsten moeten zorgen.
Een broodfonds is een betaalbaar alternatief voor een AOV. De premie van een broodfonds is fors lager dan de premie van een AOV, namelijk tussen de 30 en 100 euro per maand. Een broodfonds bestaat uit minimaal twintig en maximaal vijftig ondernemers. Alle deelnemers van een broodfonds zetten iedere maand geld opzij. Als er iemand in het broodfonds langdurig ziek wordt, krijgt hij van de anderen in zijn of haar fonds iedere maand schenkingen. Deelnemers kunnen zelf afspraken maken over de hoogte van deze schenkingen. Een risico van een broodfonds is dat het gebaseerd is op wederzijds vertrouwen. Je kunt namelijk niet controleren of iemand uit jouw fonds echt ziek is of dat hij van jou profiteert. Daarnaast ontvang je maximaal 2 jaar schenkingen uit een broodfonds. Na deze 2 jaar krijg je geen schenkingen meer en zal je zelf voor inkomen moeten zorgen. Bij Allianz is het mogelijk om een AOV te sluiten met een eigen- risicoperiode van 2 jaar zodat je een AOV kan laten aansluiten op de eerste 2 jaar van het broodfonds.
De wachttijd van je AOV is de periode voordat je arbeidsongeschiktheidsuitkering begint. Een andere naam hiervoor is de eigen-risicotermijn. In deze periode krijg je dus nog geen uitkering. Deze periode is voor eigen risico. Hoe lang deze termijn duurt, kun je zelf bepalen. Bijvoorbeeld 1 maand , 2 maanden, 3 maanden, een halfjaar of zelfs een jaar en twee jaar. De wachttijd is van invloed op de hoogte van je premie. Hoe langer de wachttijd, hoe lager de premie. Maar daar staat dus wel tegenover dat je langer moet wachten op je eerste uitkering. En dat kan soms grote gevolgen hebben voor je financiën.
Wat is de beste wachttijd voor jou als ondernemer? Daarvoor is het belangrijk om te weten hoelang je arbeidsongeschiktheid zelf kunt overbruggen. Heb jij genoeg reserves om enkele maanden door te komen en wil je die reserves daar ook voor gebruiken? Dan kun je een langere wachttijd nemen. Als je een langere wachttijd kiest moet je er wel rekening mee houden dat als je 4 weken hersteld bent van een ziekte de wachttijd opnieuw ingaat voor een nieuwe ziekte. Heb je weinig reserves of wil je je spaargeld liever niet uitgeven aan je dagelijkse levensonderhoud? Dan kun je kiezen voor een kortere wachttijd. Dat betekent dat je eerder uitbetaald krijgt als je arbeidsongeschikt wordt en dat je dus geen gebruik hoeft te maken van je spaargeld. Maar je betaalt dus wel meer premie.
Met eindleeftijd bedoelen wij tot welke leeftijd je werkzaam denkt te zijn en met pensioen gaat. Dat is de datum waarop jouw AOV stopt. Wat de relatie tussen een AOV en je pensioen word hier in dit onderdeel uitgelegd. 
Op je 65ste met pensioen gaan is iets van vorige generaties. De pensioenleeftijd schuift steeds verder op. En dus moeten we met z’n allen langer werken voordat de AOW uitbetaalt. Maar houdt jouw AOV daar wel rekening mee? Het is goed om te weten tot wanneer je verzekering uitbetaalt als je arbeidsongeschikt bent. Want wat doe je als je uitkering stopt op je 65e? Twee jaar overbruggen is best lang. Dus zoek een verzekering die aansluit bij jouw verwachtingen. Goed om te weten dat je bij Allianz voor bijna alle beroepen tot 68 jaar kunt verzekeren. Alleen voor een paar fysiek zware beroepen ligt die leeftijd lager.
Een AOV loopt vaak door totdat jij met pensioen gaat. Maar dat hoeft niet. Je kunt de uitkering ook eerder stoppen. Het is dan wel belangrijk dat je genoeg reserves hebt om de resterende periode te overbruggen.
Zo lang je arbeidsongeschikt bent, betalen we jouw uitkering. We spreken van tevoren met je af hoe lang we daarmee doorgaan. Veel mensen kiezen ervoor om dit te laten doorgaan tot zij 68 jaar zijn. Dat is de eindleeftijd van jouw verzekering. Je kunt er ook zelf kiezen om de uitkering eerder te laten stoppen. Dan betaal je minder premie. Bij sommige beroepen kan je tot een lagere eindleeftijd verzekeren. Bijvoorbeeld tot 60 jaar. Dit is dan de maximale eindleeftijd.
Jouw beroep en werkzaamheden bepalen de hoogte van jouw AOV premie. Verder wordt er in dit onderdeel uitgelegd wanneer je arbeidsongeschikt wordt verklaard.  
Doe je werk dat lichamelijk zwaar is? Dan is de kans groter dat je door jouw werk arbeidsongeschikt wordt. In dit geval betaal je een hogere premie dan iemand die werk doet dat minder zwaar is. 
Voor de bepaling van arbeidsongeschiktheid kijken wij naar beroepsarbeidsongeschiktheid. Dat wil zeggen dat er gekeken wordt of je je eigen beroep nog kunt uitvoeren.
Kies je voor een verzekering op basis van beroepsarbeidsongeschiktheid? Dan krijg je een uitkering als je door ziekte, orgaandonatie of een ongeval je beroep niet meer kunt uitoefenen. Sommige verzekeraars vragen je om binnen je bedrijf met taken te schuiven. Maar dat is niet zo simpel. En voor jou als ondernemer niet altijd wenselijk. Wij vragen dit daarom niet van je. Zuivere beroepsarbeidsongeschiktheid heet dat.
Als je arbeidsongeschikt bent zit hier ook een wachttijd aanverbonden met wanneer de AOV uitkering wordt uitgekeerd. 
De wachttijd van je AOV is de periode voordat je arbeidsongeschiktheidsuitkering begint. Een andere naam hiervoor is de eigen-risicotermijn. In deze periode krijg je dus nog geen uitkering. Deze is voor eigen risico. Hoe lang deze termijn duurt, kun je zelf bepalen. Bijvoorbeeld 1 maand , 2 maanden, 3 maanden, een halfjaar of zelfs een jaar. De wachttijd is van invloed op de hoogte van je premie. Hoe langer de wachttijd, hoe lager de premie. Maar daar staat dus wel tegenover dat je langer moet wachten op je eerste uitkering. En dat kan soms grote gevolgen hebben voor je financiën. Als je een langere wachttijd kiest moet je er ook  rekening mee houden dat als je 4 weken hersteld bent van een ziekte de wachttijd opnieuw ingaat voor een nieuwe ziekte.
Wat is de beste wachttijd voor jou als ondernemer? Daarvoor is het belangrijk om te weten hoelang je arbeidsongeschiktheid zelf kunt overbruggen. Heb jij genoeg reserves om enkele maanden door te komen en wil je die reserves daar ook voor gebruiken? Dan kun je een langere wachttijd nemen. Heb je weinig reserves of wil je je spaargeld liever niet uitgeven aan je dagelijkse levensonderhoud? Dan kun je kiezen voor een kortere wachttijd. Dat betekent dat je eerder uitbetaald krijgt als je arbeidsongeschikt wordt en dat je dus geen gebruik hoeft te maken van je spaargeld. Maar je betaalt dus wel meer premie.
Een AOV is niet goedkoop maar heeft ook fiscale voordelen. Lees hieronder meer. 
Van vakliteratuur tot je werkruimte: als ondernemer kun je gebruikmaken van verschillende aftrekposten. De premie van je arbeidsongeschiktheids­verzekering (AOV) hoort daar ook bij. Uit de meest recente Ondernemersbarometer van Allianz blijkt dat maar liefst 33% van de zzp’ers en 20% van de mkb’ers daar niet van op de hoogte is. Je AOV-premie is aftrekbaar in box 1: ‘inkomen uit uw werk en woning’. Je moet dan wel een ondernemer zijn volgens de definitie van de Belastingdienst.

Je weet wat het voordeel is van een AOV. Je weet dat je er een moet hebben. Maar je weet ook dat het je nu geld kost voor iets waarvan je misschien – en hopelijk – nooit gebruik zult maken. Die prijs ligt een stuk lager doordat de fiscus flink meebetaalt. Dat scheelt je honderden euro’s per jaar. Laten we het eens voorrekenen.

Rekenvoorbeeld:

Wat levert de fiscale aftrek van je AOV-premie op? Stel je premie is € 200,- per maand en je verdient in dat jaar € 40.000,-. Je betaalt dan 42% belasting. Dankzij het fiscale voordeel levert dit je dus € 84,- voordeel op en is het feitelijke bedrag slechts € 116,-. Dat lijkt een redelijke prijs voor financiële zekerheid. Vinden wij. Maar uit de Ondernemersbarometer blijkt dat veel zelfstandigen niet meer dan € 25,- per maand over hebben voor een AOV. Tja…, het is de vraag of dat realistisch is.

Voor de goede  AOV ben je gemiddeld twee tot drie declarabele uren per maand aan het werk. Een relatief kleine investering voor een grote mate van financiële zekerheid.

De fiscus geeft niet alleen maar, maar neemt ook. De fiscus betaalt mee zolang je kunt werken, maar laat jou betalen zodra je een arbeidsongeschiktheidsuitkering krijgt. De uitkering is namelijk belast. De verzekeraar houdt deze belasting in op de uitkering en betaalt deze aan de Belastingdienst. Die ingehouden belasting kun je in de aangifte verrekenen als voorheffing.

Vanwege de ingehouden belasting krijg je dus een lagere uitkering dan het verzekerde bedrag. Hou hier rekening mee bij het bepalen van het bedrag dat je wilt verzekeren.

Voor meer informatie over welke premies er mogen worden afgetrokken en andere belastingvoordelen kan je hier vinden.

Als je de informatie op onze site hebt bestudeerd en deze tekst hebt gelezen, heb je voldoende kennis om de kennis- en ervaringtoets te voltooien.