Wachttijd AOV: wat moet ik kiezen?

Als je een arbeidsongeschiktheids­verzekering (AOV) afsluit, moet je een bepaalde wachttijd of eigen risicoperiode kiezen. Wat houdt zo’n wachttijd AOV in? En hoe kies je de juiste wachttijd?
De wachttijd van je AOV is de periode voordat de uitkering van je arbeidsongeschiktheidsuitkering begint. Een andere naam hiervoor is wachttermijn, eigen risicotermijn of eigen risicoperiode. In deze periode krijg je dus nog geen uitkering, deze tijd is voor eigen risico. Hoe lang de wachttijd duurt, kun je zelf bepalen. Bijvoorbeeld 1 maand, 2 maanden, 3 maanden, een halfjaar of zelfs twee jaar. De wachttijd is van invloed op de hoogte van de premie van je AOV. Hoe langer de wachttijd, hoe lager de premie. Maar daar staat dus wel tegenover dat je langer moet wachten op je eerste uitkering.  En dat kan soms grote gevolgen hebben voor je financiën.
Wat is de beste wachttijd voor jou als ondernemer? Daarvoor is het belangrijk om te weten hoelang je arbeidsongeschiktheid zelf kunt overbruggen. Heb jij genoeg reserves om enkele maanden door te komen? En wil je die reserves daar ook voor gebruiken? Dan kun je een langere wachttijd nemen. Heb je weinig reserves of wil je je spaargeld liever niet uitgeven aan je dagelijkse levensonderhoud? Dan kun je kiezen voor een kortere wachttijd. Hoe korter de wachttijd, hoe eerder je uitbetaald krijgt als je arbeidsongeschikt wordt en dat je dus geen gebruik hoeft te maken van je spaargeld. Maar je betaalt dus wel meer premie.
Wil je weten wat voor jou de beste wachttijd is? Neem dan  contact op met een finacieel adviseur. De adviseur kan met jou je financiële situatie bespreken en je adviseren over de beste wachttijd voor je AOV. Je kunt ook zelf de premie van je AOV berekenen en verschillende wachttijden invullen, zodat je ziet wat dit doet met je premie.